Porthos

Porthos is niet alleen de naam van een van de drie musketiers, maar ook de naam van een project over CO2 opslag in een leeg gasveld in de Noordzee. Drie partners, de haven van Rotterdam, Gasunie en EBN , werken in dit project samen. Vorige week vertelde Anouk van de Berg, als gastspreker bij een Europese Masteropleiding rond hernieuwbare energie over dit project en haar rol daarin. Anouk is business developer bij Gasunie en ik heb haar als gastspreker uitgenodigd.

De kern van het project is een leiding vanuit de Rotterdamse haven, naar het lege gasveld. Veel grote industrieën in het havengebied  stoten bij hun processen nu nog veel kooldioxide uit. Dat moet omlaag en uiteindelijk naar nul, waar mogelijk door processen zo te wijzigen dat er geen uitstoot meer is. waar dat niet (of nog niet) kan zal de geproduceerde CO2 afgevangen en opgeslagen moeten worden. CCS staat voor Carbon Capture &Storage. Net boven het havengebied bevindt zich het westland, met veel kassen. In de kassen is veel CO2 nodig om de planten goed te laten groeien. In het project Porthos worden de mogelijkheden worden onderzocht om (een deel van) de kooldioxide die bij de industieen afgevangen gaat worden naar de kassen te leiden door aansluiting op een bestaande CO2 leiding (OCAP).

Anouk houdt zich o.a. bezig met gesprekken met OCAP. Als dat lukt is het een CCUS project, waarbij de U dan voor usage = gebruik staat.

Meer info in rapport Royal Haskoning.
page6image1803840

Een boeiend verhaal, met een inkijkje in de complexiteit van zo’n project. Deze module in de energie-master gaat over business cases, en Anouk liet zien dat er heel wat meer bij komt kijken dan ‘alleen’ financien. Heel belangrijk bij dit project is uiteindelijk de publieke acceptatie. Omdat de opslag nu onder de zee, en niet onder land is, is de verwachting dat er geen/minder protest is.

VIEN – jaardag

Kort geleden lid geworden van VIEN, het Vrouwen in energie Netwerk in Noord Nederland. VIEN bestaat nu 1 jaar en organiseerde op 7 maart een symposium om dat te vieren. 1 dag voor Internationale Vrouwendag.

Ruim honderdtwintig deelnemers, veel vrouwen en ook een aantal mannen luisterden naar een vijftal presentaties in de  EnergyBarn. Ruimte voor vragen, discussie en volop netwerken. Drie inhoudelijke presentaties en twee bijdragen waar de rol van vrouwen in energie en de denkbeelden over (vrouwelijk) leiderschap centraal stonden.

Daisy Tempelman, bestuurslid VIEN, opent de bijeenkomst
Marry de Gaay Fortman, Topvrouwen.nl, ’s middags in de EnergyBarn, ’s avonds bij Jinek.
Janka Stoker, Hoogleraar Leiderschap & Organisatie aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Kijk, dit geeft de wetenschapper in mij moed. Uit de presentatie van Janka Stoker.
Bedankje voor de organisatoren van dit symposium
Persoonlijk woord van Annie Krist, topvrouw bij GasTerra, bij het gezamenlijk eten met ongeveer 30 VIEN vrouwen (en 2 mannen)

 

Gelezen: 6 graden – Mark Lynas

Six degrees- our future on a hotter planet.
Mark Lynas
Geschreven in 2007, update in 2008, en winnaar van de Britse Royal Scociety Prices for Science Books in 2008.

In 6 hoofdstukken, een voor elke graad wereldwijde temperatuurstijging tegen het einde van deze 21ste eeuw. Lynas put uit talrijke wetenschappelijke onderzoeken. Over berekeningen met klimaatmodellen. Maar ook over nauwgezette geologische metingen, die een beeld geven van het klimmat duizend tot vele miljoenen jaren in het verleden.
Vlot geschreven, komt graad na graad een dramatischer verhaal in beeld. Met het kantelpunt rond de drie graden stijging. Dan stort het ecosysteem van de amazone in , waardoor zoveel CO2 vrijkomt uit het rottende plantmateriaal , dat de vier graden stijging onvermijdbaar is, waarbij  siberische permafrost smelt, waardoor zoveel co2 vrijkomt dat vijf graden stijging onvermijdbaar is, waarbij methaanhydraten in de oceanen kunnen gaan smelten, waardoor zoveel broeikasgas vrijkomt dat de zes graden onvermijdelijk is….
Het boek houdt op met beschrijvingen van temperatuurstijgingen van plus 6 graden (tov pre-industrieel niveau ), een schaal die ook in het toen juist uitgekomen IPCC 4 werd gehanteerd (2007).

Zeer leesbaar, zeer onthullend. Wrang toeval dat ik net deze boekenlegger gebruikte.

Lynas sluit zijn boek af met een hoofdstuk 7, waar hij ondanks alle ‘doom & gloom’ in de voorgaande hoofdstukken, eindigt met de boodschap: het kan nog. We kunnen de temperatuurstijging een halt toe roepen voordat het onomkeerbaaruit de hand loopt. Maar dan moeten we heel snel zijn, zegt ie. Binnen 7 jaar moet het CO2 gehalte in de atmosfeer afvlakken en dan gaan dalen. Dat zou 2015 moeten zijn geweest. De actuele grafiek laat iets anders zien.

Inmiddels is het 2019, CO2 gehalte stijgt nog steeds. De temperatuur ook. We hebben Parijs akkoord met 1,5 graad als uitgangspunt. Waar iedereen achterstond. Waar enkele landen inmiddels uitgestapt zijn).
WE hebben klimaatverandering ontkenners tot in de hoogste regionen. We hebben een IPCC 5e assesment met heel omfloerste woorden dat het misschien eigenlijk nog best wel zou kunnen.
En vandaag las ik dat er speciale trainingen zijn voor -vooral jongeren- die lijden aan klimaat-depressies.

Zie ook deze presentatie.

Sustainable Society Event 2019

Op 24 januari was het een drukte van belang in het Energy Academy Europe Gebouw op de Zernike campus in Groningen. In dit super duurzame gebouw werd een ‘Sustainable Society Event’ georganiseerd, met sprekers, een markt, een heleboel studenten, en aan het eind van de middag de installatie van twee verse lectoren aan de Hanzehogeschool Wim Elving en Carina Wiekens.

De studenten kwamen niet alleen om te kijken, ze kwamen vooral hun eigen resultaten presenteren. Studenten van verschillende studierichtingen die meedoen met de Innovatie Werkplaats Energy Transition.

In een Innovatiewerkplaats komen studenten, docenten, onderzoekers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en overheden bij elkaar. En soms ook een verdwaalde adviseur. Eind 2018 werkte ik samen met een groepje studenten (HBO en een 3 tal MBO) en hun begeleider Ron de Vrieze rond het thema Sustainable Buildings. Elk van de studenten deed er een eigen opdracht, en met zijn allen samen werkten ze aan een ontwerp voor een flexibel schoolgebouw: aan de buitenkant een dome (een koepel) als schil, en binnen in flexibele ruimten die na verloop van tijd aangepast kunnen worden aan de dan geldende eisen.

Kevin, Irma en Thijs (3e jr Vastgoed & Makelaardij) keken naar de Functionele levensduur van een schoolgebouw en bouwden een model van de koepel rietjes . Thomas (rechts, 4e jrs Built Environment) kijkt naar Innovatie in de scholenbouw en gaat een programma van eisen voor een koepelgebouw opstellen.
Een blik op de markt en poster sessies in de hal van EAE
Jippe heeft samen met Tori en Jurre ( 2e jrs Academie voor architectuur en built environment) onderzoek gedaan naar de constructie van de Dome. Hier toetst Jippe de het inzicht in circulariteit van constructiematerialen van Han (CEO, Gasunie). Jippe, Tori, en Jurre wonnen de derde prijs voor hun poster, door de ludieke manier waarop ze bezoekers naar hun poster lokten: eigen gebakken koekjes in verschillende vormen, met de vraag: welke vorm levert de sterkste constructie op voor een koepelvormig gebouw. 

Innovatie: EcoSwing

Waarom
Windturbines worden steeds groter, zwaarder en krachtiger. Mooi voor de hoeveelheid opgewekte energie, maar steeds lastiger voor het transport van de materialen en de installatie. In een Europees project ECOSWING werkt een consortium van partijen aan de eerste supergeleidende windturbine aandrijving ter wereld. Veel lichter en compacter en -is de bedoeling- veel goedkoper.

Wie
9 partners uit 5 landen vormen het consortium. Een project waarbij alle onderdelen van de keten vertegenwoordigd zijn: met de eindgebruiker (in de lead), een ingenieursburo met ervaring in supergeleiding, een universiteit , een certificeerder en een testfaciliteit.

Wat
Het 4 jarige project Ecoswing wordt Europees gefinancieerd vanuit Horizon 2020. Doel is het demonstreren van de eerste supergeleidende windturbine-aandrijving, low cost en lichtgewicht.

Elementen uit het ambitieuze project

  • ontwerpen, ontwikkelen en bouwen van een supergeleidende windturbine aandrijving
  • testen van de aandrijving in een bestaande, moderne windmolen
  • duurproef van minstens 12 maanden
  • aantonen dat de kosten van de supergeleidende aandrijving in kosten kan concurreren met de huidige aandrijvingen mbv magneten

Waar

Envision, de projectleider, heeft voor de test een 3,6 MW wind turbine bij Thyborøn, aan de kust van West- Denemarken ter beschikking gesteld. Een GC-1 type, een twee-bladige turbine met een rotor diameter van 128 meter. DE bestaande aandrijving is vervangen door het nieuwe supergeleidende ontwerp en vanaf 6 december 2018 draait de molen en levert effectief stroom aan het net. De uitgebreide testperiode is begonnen!

Een team van de technische universiteit Twente was betrokken bij het ‘koude’ gedeelte. Een supergeleider is gemaakt van materiaal dat stroom geleid zonder weerstand. Hierdoor zijn grote stromen en sterke magneetvelden mogelijk, maar de supergeleider moet wel gekoeld worden tot maar liefst min 240 graden Celsius. Het team uit Twente is gespecialiseerd in supergeleidende materialen. Het team werkte samen met verschillende Nederlandse bedrijven.

Afscheids seminar Andre Faaij

In het Atrium van het Energy Academy Gebouw in Groningen hield prof. Andre Faaij zijn afscheids ‘college’. Voor 150 geinteresseerden en een groot aantal studenten. In hoog tempo liet Andre allerlei kanten van de Energy transitie zien in zijn presentatie Changing Perspectives of the Energy Transition.

Andre verruilt zijn positie bij de New Energy Coalition voor de functie science director bij de ECN -tak van TNO. Een mond vol dat wel.  ECN en TNO zijn samengegaan,  en de ECN naam als belangrijk Energieonderzoek organisatie is zo bekend, dat de naam behouden blijft.

Begin
Midden: panel gesprek met vlnr GertJan Lankhorst, Andre Faaij, Bert Stuij, Nienke Homan en Ante Frens
Eind: Andre is blij met zijn Energy Academy Certificate, uitgereikt door GertJan Lankhorst.
In de aansluitende paneldiscussie kwamen verschillende vragen bij Andre terecht: wat zouden we eerst moeten doen, waar beginnen. En steevast het antwoordvan Andre: het gaan om EN-EN, we moeten alles doen, en niet OF-OF. Samenwerking is cruciaal.
Een wat treurig moment volgde op de vraag van Ante Frens aan de zaal: wie denkt dat we het als mensheid voor elkaar krijgen binnen het 1,5 graden scenario, zelfs 2 graden, te blijven. Alle panelleden staken resoluut hun hand op, maar in de zaal volgden maar een paar, soms aarzelende, handen….
Met de checkvraag: wie denkt dat we het NIET halen (Checkvraag omdat er vaak mensen zijn die nooit hun hand opsteken) , ging helaas de meerderheid van de handen omhoog.
Er is werk aan de winkel, als zelfs energie-geinteresseerden, hier aanwezig , denken dat we de Parijsdoelen niet halen, als we voortgaan zoals we nu doen.

De Jonge Held – Windcentrale

Vanaf 2013 bezitten wij 5 winddelen. Via de Windcentrale hebben we samen een windmolen. Die van ons heet De Jonge Held, de tweede molen van de windcentrale, na De Grote Geert. INmiddels heeft de windcentrale 10 molens en 15000 huishoudens die meedoen. Een 11e windmolen is op komst, je kunt je nog inschrijven.

Tot nu toe hebben we 13 MWh aan eigen groene stroom opgewekt. Een absoluut top wind jaar was 2015. 2017 was een slecht windjaar. Het jaar is nog niet om, maar ziet er naar uit dat ook dit jaar een matig wind  jaar wordt.
Aan de andere kant was het tot voor kort warm, zodat we weinig energie nodig hadden.

Ter gelegenheid van de dag van de windmolen maakt de windcentrale een filmpje van de windmolens. Hier kun je het bekijken.

Ruimte voor de zon

Afgelopen week was ik op een door de provincie Groningen georganiseerde conferentie over de inpassing van zon in de provincie. De provincie heeft weliswaar een omgevingsvisie voor de periode 2016-2020, maar constateert dat op het gebied van zonneparken niew beleid gewenst is. Zo bracht ze in februari 2018 de handreiking ‘lokatiekeuze en ontwerp zonneparken’ uit en organiseert nu deze conferentie. Als onderdeel van de evaluatie van het huidige zonbeleid.

Op de conferentie waren een kleine 100 man (m/v) van overheden, energiecooperaties, netbeheerders, projectontwikkelaars en ‘overig’ aanwezig.  In drie groepen, langs drie workshops. Participatie, Ecologie en Netinpassing. En met verschillende focus: 1e rond op problemen, 2e ronde op oplossingen en derde ronde op de verschillende rollen.

Participatie: Jaap Jepma faciliteert, de kleur van de post its geeft aan wie voor (geel) en tegen (roze) de stelling was.

Meeste vuurwerk in de workshop netinpassing, gefaciliteerd door Marc Jager. Stevige discussie tussen de netbeheerder. Namens Enexis was Henk Schimmel aanwezig, die liet zien hoe snel de prognoses van de benodigde netcapaciteit om nieuwe parken aan te sluiten verandert. Grootste onduidelijkheid is dat voor wind-op-land een structuurvisie was met zoekrichtingen waar windparken kunnen komen. Voor zon bestaat zoiets (nog) niet, lastig voor netbeheerder om daarop te anticiperen. En als aanvraag definitief komt duurt het 5-7 jaar voordat een eventuele netverzwaring ook aangelegd is. De regionale energie strategieën (RES) moeten hier een antwoord op gaan geven.

Henk Schimmel van netbeheerder Enexis laat zie hoe snel de prognoses zijn veranderd. Twee rechter kolommen: prognises voor 2025 van benodigde capoaciteit, zoals gedacht eind 2016 en eind 2018.
Marc Jager van Royal Haskoning faciliteert de workshop Participatie.

In de workshop Ecologie, gefaciliteerd en ingeleid door onderzoeker Raymond Klaassen van de Rijksuniversiteit Groningen, werd vooral naar de effecten van de bouw van zonneweiden op de akkervogelstand gekeken. Meer en breder onderzoek, naar biodiversiteit in het algemeen (planten, insecten) en kwaliteit van de bodem is zeker nodig. Verrassende uitkomst uit het onderzoek van Raymond was voor mij dat er zeker ook goed nieuws is. In gebieden met een lage biodiversiteit kan de aanleg van een zonneweide soms juist zorgen voor een verhoging van de biodiversiteit.  Belangrijk daarbij is hoe en hoe dicht op elkaar de rijen panelen worden gezet. En mengen met begrazing kan juist nadelig zijn voor de bodem, tenzij het zeer extensieve begrazing is.

Klimaatmonitor

Op zoek naar wat gegevens over duurzame energie en Nederland, stuitte ik op de website van de Klimaatmonitor. Met een schat aan informatie over hernieuwbare energie.
Heel makkelijk om via een overzichtelijk dashboard detailinformatie te voorschijn te toveren over je eigen dorp of stad. Of om vergelijkingen te maken tussen dorp en gemiddelde van provincie. Veel grafiekjes, gegevens van een heleboel jaar achter elkaar, zodat je mooi trends kunt zien.

In de vergelijking van Haren met Groningen, loopt Haren – dat zichzelf de Groene Parel van het Noorden noemt- helaas nog wat achter met het percentage hernieuwbare energie. Het zijn getallen van 2016, dus er kan afgelopen twee jaar wat bij gekomen zijn…. Of nog niet alle informatie is opgestuurd.

In ieder geval een website met veel informatie en een bron van kennis. Om ook eens met eigen gemeentebestuur over in gesprek te gaan.

Energiecentrale op zee

Tijdens het Wind Meets Gas Symposium sprak ik met Arnold Groot, general manager bij Circular Energy. Het idee van Circular Energy is simpel: neem een gasveld in de buurt van een grootschalig windpark op zee. Zet op het productieplatform van het gasveld een installatie neer waar electriciteit uit aardgas produceert, als het niet waait. Dit kan heel snel, in een kwartier is de gasproductie op en af te regelen. Het is schone stroom, in die zin dat de CO2 niet vrij komt in de atmosfeer. Naar analogie met waterstof: blauwe stroom.

Wat is dan het verschil met gewoon een centrale op land op en af te regelen? Daar komt het circulaire deel van Circular Energy naar voren. Tijdens de productie van de electriciteit komt CO2 vrij, en deze CO2 wordt per omgaande weer in hetzelfde gasveld geinjecteerd. Een kwestie van twee putten slaan: 1 om aardgas naar boven te krijgen, 1 om CO2 naar beneden te pompen. Door goed naar de geologie van het gasveld te kijken, weet Circular Energy hoe en waar ze de twee putten moeten slaan. Uiteindelijk is het aardgas van het veld geproduceerd en is er -precies hetzelfde volume- aan CO2 ingestopt.
Dan is het een kwestie van de put na gebruik goed afsluiten.

Het platform met de elektriciteitscentrale kan vervolgens naar een volgend gasveld gesleept worden.

Team Circular Energy

Nog een vraag: hoe komt de elektriciteit aan land? Daar komt de keuze vandaag om een gasveld te ontwikkelen dat vlak bij een groot windpark op zee ligt. Die heeft al een kabel (of leiding) naar het vaste land lopen, die tijdens windstille periodes nauwelijks gebruikt wordt, een beetje de daluren van het energietransport. En in die periodes gaat de drijvende energiecentrale van Circular Energy juist produceren.

Ik vind het een mooi plan. Een ketenbenadering. En een manier om zeker voor enkele decennia, de variable productie van hernieuwbare energie te helpen balanceren. Circular Energy is nu op zoek naar investeerders. Gaat om een fors bedrag van 300 miljoen. Circular Energy is in september dit jaar gestart met een eerste aandelenuitgifte van 5 miljoen om het gasveld te kopen en het ontwerp af te maken. De rest (295 miljoen) is nodig om de installatie te bouwen, de putten te boren en de kabel te leggen.

Arnold noemde zijn startup bedrijf een ‘grijze start-up’, als geuzennaam. Grijs in de zin van experts met veel ervaring in de energie energie. Het bedrijf bestaat momenteel uit 8 medewerkers, veelal met veel ervaring bij Shell.